Den Haag, 18 september 2024
De Biomedische Rekenkamer vroeg onder de Woo naar de gecombineerde gegevens van sterfte- en vaccinatieregisters. Met zo’n ‘deltavax-tabel’ kan een indicatie worden verkregen of er wel of geen gevaar schuilt in de vaccinatiecampagnes. We vroegen dit zowel aan het CBS als aan het RIVM (VWS). Na schermutselingen over de vraag of die informatie er wel of niet was en of er wel of geen verplichting zou bestaan om ‘documenten hoeven maken’ onder de Woo, bestendigde het besluit en het laatste verweer in de beroepszaak zich op een beroep op de wet CBS.
CBS zegt in hun beslissing op bezwaar en in het verweerschrift van de landsadvocaat dat de wet op de CBS hun belet om alle informatie waarmee zij omgaan, vrij te geven onder de Woo. Dat zou dus niet alleen gelden voor informatie van bedrijven enzovoorts, van wie zij vrijwillig informatie krijgen, maar voor álle informatie, ook uit de overheid of onderdelen daarvan. Zoals hier waar het CBS zelf sterfte-informatie inbrengt en het RIVM vaccinatiegegevens – om invulling te geven aan onderzoek over ‘de oversterfte’ (motie Omtzigt). Alles, zo claimt het CBS in de rechtszaak wordt daarmee “een statistiek”, waarop de wet CBS van toepassing is (Figuur 1):
Geheim dus.
Ook stelt ze dat controle-doeleinden expliciet uitgesloten zijn in diezelfde wet. Dus als we het goed begrijpen hebben we de situatie dat alles wat de CBS aanraakt, verborgen blijft voor de Wet Open Overheid en dat het instituut niet publiekelijk controleerbaar is.
Maar de landsadvocaat gooit de deur niet helemaal dicht en beseft dat die bewering over geen-controle wel heel ver gaat. Voor eventueel gewenste controleerbaarheid verwijst het CBS naar een route dat men beperkte toegang tot de informatie kan aanvragen waarna het CBS beoordeelt of je aan hun criteria voldoet van “wetenschappelijke reputatie”. Het zal niemand ontgaan dat ook de geijkte wetenschappelijke instituties bestaan uit ambtenaren, overheid dus. Als je daartoe behoort, dan kan je geld (meestal belastinggeld) betalen om aan die gegevens te komen, als je tenminste al een tijdje meedraait in het circuit. Aan onafhankelijke pottenkijkers en openbaarheid heeft het CBS geen boodschap.
Dit kunnen we samenvatten. De route via het CBS lijkt een ideale verduisteringsroute te bieden voor praktijken die het daglicht niet kunnen verdragen, indien deze werkwijze en dit Woo-besluit in stand blijven.
Zie ook Figuur 2 voor een inventarisatie van werkwijzen die transparantie verhinderen, gebaseerd op praktijkervaring van de stichting. De "uitbestedingsroute" kwamen we tegen bij de Ct-zaak, waar essentiële epidemiologische gegevens bij private testlaboratoria werden ondergebracht.
Wat eigenlijk nog ontbreekt in dit schema, is de mogelijkheid om kritische defecten in te bouwen in de informatieverstrekking:
We vroegen in het Woo-verzoek om een metaforische ambulance. We kregen van VWS/RIVM iets dat er uit zag als een auto. Maar van de vier wielen bleken er drie van bordkarton (dat moest van CBS). Bij het openen van de motorkap viel er een geamputeerd been naar buiten en bij het openen van de achterdeur gutste de motorolie over de drempel. Dit wanproduct inspecteren we niet verder meer. Maar VWS zegt dat we het er mee moeten doen en dat zij zelf tóch geen ritjes met die ambulance willen maken. Ze hadden die gewoon ergens gevonden. De rechter vond het goed.
De Biomedische Rekenkamer gaat voor die VWS-zaak in hoger beroep bij de Raad van State. Intussen wacht zij af wat de bestuursrechter van de positie van het CBS vindt. Deze had tijdens de zitting geen nadere vragen.
De principiële argumentatie die in het beroepschrift en het bezwaarschrift werd gebruikt, berust op de volgende punten:
Punt 2 komt er op neer, dat met de strikte interpretatie van de wet CBS, er geen transparantie mogelijk is. Dat leidt dan tot het punt 4, waarmee onwelgevallige informatie in de doofpot gestopt kan worden. Dat kan niet de bedoeling zijn van de Wet CBS, zo betoogt de stichting.
De beroepszaak diende bij een enkelvoudige kamer. Dat wil zeggen, dat een enkele rechter een oordeel velt. Gezien de principiële argumentatie die de BMRK naar voren bracht, was een meervoudige kamer wellicht een passender keuze geweest. Een eventueel hoger beroep komt voor de Raad van State, het hoogste bestuursrechtorgaan. Verwachte uitspraak in de beroepszaak: uiterlijk eind oktober.
p.s. Het beroep werd gelijk behandeld met dat van een zaak waarin het CBS pas in tweede instantie informatie vrij gaf – nadat zij onnodig en hardnekkig na een interpretatiefout had geweigerd. De juridische kostenvergoeding – minder dan €2000,- vond zij de moeite waard om die de stichting te ontzeggen en schakelde daarvoor de landsadvocaat in. Blijkbaar is er een prioriteitsbeleid om een op transparantie gerichte stichting als de BMRK in financieel opzicht niet te bevoordelen. Aan een kosten-baten analyse zal het niet gelegen hebben.